zaterdag 31 augustus 2013

Het Thaise leven

Wat leven wij in Nederland toch in een makkelijk wereldje, waar je een eerlijk antwoord  krijgt en afspraken meestal worden nagekomen. Zo anders gaat het hier. Verbaasden we ons donderdag al over het schademannetje dat eerst niet en later toch nog kwam opdagen, vrijdag werd het nog gekker. Het schademannetje had voor ons een autoglashandel gevonden waar het raam op voorraad was. We vonden dit wel bijzonder, want hoe vaak zullen ze zo'n raam nou nodig hebben? Voor de zekerheid had de Thaise hoteleigenaresse ook de shop gebeld en we konden vrijdagmorgen komen. De hoteleigenaren waren zo vriendelijk om met ons mee te gaan. Wij gingen ervan uit dat we de auto 2 uur kwijt zouden zijn. Maar bij de glashandel aangekomen bleek dat ze het raam helemaal niet hadden. Waarschijnlijk uit beleefdheid hadden ze geen nee gezegd... en zoals Dennis de hoteleigenaar het zei, die jongens hebben zelf niet eens een auto dus ze zien ook het belang er niet van in. Na een half uurtje bellen bleek dat het raam wel bij een shop 80 km verderop ligt. Opsturen wordt niet betaald door de verzekering en erheen rijden zagen we niet zitten, voor hetzelfde geld was hier ook een Thai beleefd aan het liegen. Het raam is dichtgetaped en we zien het wel, misschien gaan we nog langs de andere shop en anders leveren we de auto zo in.

Maar goed, we waren de auto dus niet een paar uur kwijt en met een paar goeie tips van Dennis reden we weer naar The Bridge over the River Kwai. Het was nu iets minder heet en dit keer zijn we er wel overheen gewandeld. Loop je met een kinderwagen over een treinrails... wel een bijzondere ervaring en een mooi uitzicht! Aan de overkant aangekomen hebben we voor een uur een bootje gehuurd. We zaten lekker relaxed in de longtailboot, in de schaduw van een doek. Zo konden we goed zien wat er allemaal gebeurt op en rond de rivier. Wat een woonboten, wat een troep en dan zie je plotseling weer een gigantische kitscherige tempel. Wij keken onze ogen uit maar toen Stan na 5 minuten nog geen eend of koe had gezien was de aandacht weg. Hij heeft zich toch prima vermaakt met wat waterflesjes met ijs. Doordat hij aldoor in z'n ogen zat te wrijven, zag hij er wat ziekjes uit. We moeten toch zijn ogen beter gaan beschermen tegen de zon.

Toen het uur om was, werden we weer aan de overkant afgezet. Hier moesten we de kinderwagen een flinke trap optillen, net op het moment dat er een buslading Thai werd afgezet. Wij wachtten dus maar even halverwege de trap. Stan kreeg weer volop aandacht en staat op heel wat foto's. Hij keek er lekker verveeld bij. Na een ijsje bij de brug gingen we op zoek naar een wegenkaart. Die vonden we bij de ingang van het JEATH war museum. Hier zijn we ook maar even gaan kijken en zoals Dennis ons al had gewaarschuwd, het is vergane glorie. Allemaal oude materialen uit de oorlogstijd, van treinstellen, brommertjes tot geweren en foto's liggen stof te vangen of worden door termieten aangevreten. Zonde, maar toch wel interessant. Op de markt haalden we nog wat ijskoffie en drinken en een nieuwe zonnebril voor Stan. Omdat hij meteen in slaap viel in de auto, zijn we een rondje gaan toeren. Van de doorgaande weg af, de rijstvelden in. De uitzichten zijn prachtig, veel groen. Alleen in de bergen vind je nog oude bossen. In ieder klein dorpje zie je minstens een tempel met Boedha en ook hier zagen we weer tempels in aanbouw.

Toen Stan weer wakker werd, hebben we een marktje opgezocht voor wat eten, ook die vind je in ieder dorp. Met een paar worstjes en een paar pannenkoekjes op, reden we weer naar ons huisje. Daar hebben we lekker gespeeld met een bal en ondertussen de koffers ingepakt. Nog een keer heerlijk gegeten bij Dennis en Nee en daarna was het bedtijd voor Stan. De babyfoonbatterij was leeg, dus we zijn bij het huisje gebleven en op tijd naar bed gegaan. Midden in de nacht zette Stan het op een krijsen en wilde niet meer in zijn slaaptentje. Na een half uurtje tussen ons in was de rust teruggekeerd en konden we alledrie in ons eigen bed verder slapen.

Later dan verwacht werden we vanmorgen wakker. Na het ontbijt de auto volgeladen en na 5 dagen weer op zoek gegaan naar een hotel. We zijn vanaf Kanchanaburi doorgereden richting de grens met Myanmar. Hier liggen veel nationale parken. Om te beginnen hebben we Soi yok nai bezocht, weer met een waterval als toeristische trekpleister. Een klein riviertje stroomt hier via een waterval in de rivier. Over een hangbrug konden we naar de overkant van de rivier lopen en genieten van mooie uitzichten. Prachtig is het hier, veel groen en mooie bijzondere vlinders. Stans aandacht gaat vooral uit naar hondjes en poezen en die hebben ze hier, ook in een nationaal park, in overvloed. Wij dachten dat Stan na het bezoek aan de waterval wel zou gaan slapen, maar hij bleef gezellig nog een uurtje wakker in de auto. Dankzij het ideale hoge autostoeltje ziet hij alles en anders is er nog lego mee, waar hij zich goed mee vermaakt.

Onderweg begon het flink te regenen, onze eerste bui. We zijn langs een groot meer gereden en hebben vooral veel landbouw gezien. Prachtige rijstvelden, maar ook bananenplanten, palmbomen en rubberbomen. Uiteindelijk viel Stan 5 minuten voor aankomst bij het resort in slaap. We hebben een slaapplaats geregeld, het huisje moest alleen nog schoongemaakt worden. Daarom zijn we nog maar een stukje gaan rijden. Langs de plantages, door kleine dorpjes, over wegen waar zelfs het asfalt begroeid is. Het ene moment voelt het als de middle of nowhere, het volgende moment zit je in een klein dorpje met voetbalveld, tempel en school. De weg loopt door tot het gebergte dat de grens vormt, maar helaas is het laatste stuk onverhard. Door de regen was de rode prutweg erg glibberig en zijn we maar omgedraaid. Er zit geen 4WD op de Pajero en hier willen we echt niet vast komen te staan. Het regende inmiddels niet meer. Op de terugweg zijn we een dorpje ingereden, hier leven de Thai nog in traditionele huisjes op palen, mooi om te zien maar erg basic om in te wonen.

Toen we weer bijna terug waren bij het resort, had Stan genoeg geslapen. Christiaan kon de koffers naar boven tillen. De 20 huisjes van het resort zijn tegen een berg aangebouwd, omgeven door jungle. De huisjes zien er prachtig uit en we passen er precies in met z'n drietjes. Het eten bij het restaurant was prima en nu genieten we van de heerlijke rustgevende geluiden van de jungle. Morgen gaan we, hopelijk zonder veel regen, de andere route naar de grens ontdekken met wat uitstapjes naar watervallen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten