zaterdag 5 mei 2018

Olifantjes bekijken in Udawalawe

Helaas begint de vrijdagochtend niet zo goed als ik wilde. Mijn moeder was gister niet fit en de nacht is ook niet goed verlopen. Terwijl Christiaan de kinderen klaar maakt voor het ontbijt, regel ik een Tuktuk naar Tangalle. Op advies van de hoteleigenaar gaan we naar een privĂ© kliniek. M’n moeder en ik rijden er in 20 minuten heen, maar helaas zijn we op het verkeerde adres. We geven nogmaals aan dat we naar het private hospital willen en dan brengt de Tuktuk ons naar het gewone ziekenhuis. Hier zijn we zeker verkeerd. Wat een chaos en armoede! We rijden weer weg en gelukkig zie ik iets verder het logo van de juiste kliniek. We hoeven niet lang te wachten en na een kort gesprekje met een dokter krijgt m’n moeder 5 medicijnen voorgeschreven. Kost wel 3 euro, met nog 10 euro voor het consult een diepte investering. Nu maar hopen dat het snel helpt! 

We tuktukken terug naar het hotel waar we nog een ontbijtje krijgen. Christiaan en de kinderen zijn inmiddels omgekleed en klaar om te gaan zwemmen. We mogen gelukkig een kamer houden tot we om half 2 worden opgehaald, dus we kunnen rustig nog even zwemmen, op het balkon genieten van het mooie uitzicht en onze watermeloen opeten. Nog voor half 2 staat de bus klaar en laden we de koffers in. Het is nog geen 2 uur rijden naar Udawalawe Nationaal Park, waar het hotel vlakbij ligt. We rijden van dorpje naar dorpje over hele rustige wegen en het landschap is weer prachtig. De chauffeur is geregeld door het hotel, dus we hoeven dit keer gelukkig niet te zoeken. Max Safari Villa is een soort luxe homestay, Max is de regelaar, zijn ouders koken en zijn continu aanwezig en hij heeft nu 3 kamers. Met airco, gelukkig, want het is echt bloedheet. Er worden twee bungalows bijgebouwd en Stan en Mats kijken rustig toe hoe er hard gewerkt wordt.

We bespreken ons plan voor deze dagen met Max, hij adviseert ons om vandaag nog naar de Elephant Transit Home te gaan. Dit olifanten opvang centrum is het enige centrum in Sri Lanka waar wees-olifantjes of olifantjes waarvan de moeder is weggelopen worden opgevangen. De olifantjes leven in de jungle en komen 5 keer per dag melk drinken in het Transit Home. Rondom deze voedertijden kun je het centrum bezoeken. We wandelen er op tijd heen en eten nog een ijsje. Het centrum gaat helaas echt pas open als het voedertijd is, dus we moeten nog even wachten. Het is helemaal niet druk, we zijn maar met een stuk of 15 andere toeristen. Na het betalen van de entreebewijzen gaan we op een soort tribune zitten. Hiervandaan hebben we prima zicht op de olifanten die in groepjes van 4 worden toegelaten tot de melkafgifte. Daarna kunnen de olifanten genieten van wat vers gesneden bladeren. Als alle olifanten melk hebben gehad, worden ze weer weggejaagd. Het duurt maar een half uurtje, maar het is leuk om de olifanten zo te zien. Aangezien de wandeling naar het centrum toch best lang bleek te zijn, nemen we terug een Tuktuk. 

Terug bij het hotel is er nog net tijd om te douchen, voordat het eten wordt geserveerd; een Sri Lankaans rijstbuffet. De kinderen en m’n moeder eten wat rijst met fruit en Christiaan en ik eten van alles een beetje. Het smaakt prima, zelfs groenten die ik in Nederland niet hoef zijn hier best lekker. Het eten wordt wel bijna koud opgediend, wat hier heel normaal is maar waar wij niet aan kunnen wennen. Na het eten brengen we de kinderen naar bed, morgen moeten we weer vroeg op. Wij blijven nog even kletsen met een Spaans stel die vooral benieuwd zijn hoe het is om met kleine kinderen te reizen. Altijd leuke gesprekken! 

Vanmorgen ging de wekker extreem vroeg. Om 5 uur werden we wakker om om half 6 te vertrekken voor de safari. Gelukkig was mijn moeder genoeg opgeknapt om mee te gaan. Allemaal kleren aan en gaan! Dit duurde ietsje langer maar om kwart voor 6 reden we toch echt in de safari-auto richting het nationale park. De safari parken staan hier vooral bekend om de goede mogelijkheid om olifanten in het wild te spotten. Verder zou het een tegenvaller zijn in vergelijking met safari’s in Zuid-Afrika, in veel reviews wordt aangegeven dat je vooral andere safari-auto’s ziet. Maar een prima eerste safari-mogelijkheid voor de kinderen, en wij zien vast ook wel wat leuks. Het is een kwartiertje rijden naar de ingang, waar Christiaan in de rij mag voor een toegangskaart. Als we dan eindelijk op weg zijn, de zon is inmiddels al helemaal op, moet de chauffeur ons nog inschrijven bij het hek. En dan mogen we eindelijk echt op safari! 

Al na 100 meter zien we verderop in de bosjes de eerste olifant. Even later rijden we tussen de waterbuffels door, die lopen op de weg en langs de auto’s. Voor Stan en Mats zijn dit koeien en die vinden ze prachtig. Iets verderop ligt een groep waterbuffels in een vijver een modderbad te nemen, dit is echt een leuk gezicht. Gelukkig valt het met de hoeveelheid safari-auto’s wel mee. Het eerste kwartier zien we er nog een paar en daarna nauwelijks meer. De chauffeur laat ons heel even naar de eerste olifant kijken en rijdt dan verder naar een klein meertje. We spotten al snel een mini-krokodil en mooie vogels. 

Aan de andere kant van het water lijkt een steen te liggen, wat een dode waterbuffels blijkt te zijn. Dat ruiken we als we dichterbij komt, ongelooflijk die stank. Toch zet de chauffeur de auto stil, het is ook wel een mooi gezicht dat dode beest met een vogel erop. Als er ook een krokodil aan komt zwemmen, wordt het plaatje nog mooier. De vogel houdt de krokodil goed in de gaten en vliegt ervandoor als deze te dichtbij komt. De krokodil neemt dan genoegen met een hap dode waterbuffel. Het beest ligt er al een week en nadat de krokodil onder water aan het beest scheurt, is de lucht helemaal niet te harden. Maar het is wel een mooi gezicht hoe de krokodil een hap koe verorbert, ook de jongens vinden dit mooi om te zien. Als de krokodil nog een hap neemt worden we lichtelijk onpasselijk en vragen we de chauffeur door te rijden. 

We rijden nu rustig aan een rondje door het park en zien heel veel dieren. Er leven ruim 500 olifanten en heel veel pauwen in het park. Om de haverklap zien we wel zo’n mooie vogel in het gras of op een dode boomtak, van jong tot oud. Er vliegen nog veel meer mooie vogeltjes in het rond, van parkietjes tot roofvogels. We zien twee soorten apen, de schattige zwarthoofd aapjes en de brutale makaken die ons dak onder poepen. Nog meerdere keren zien we waterbuffels en olifanten. Een uil, een neushoornvogel, een overstekend hert, iedere paar minuten is er wel iets te zien. En tussendoor is het landschap ook prachtig. Veel afwisselender dan in Zuid-Afrika, het ene moment rijd je tussen de dichte struiken of langs een meertje en even verderop is er veel minder begroeiing en kun je weer beter dieren spotten. Nee, er is geen Big 5 te vinden, maar wij vinden deze safari evengoed fantastisch! 

Kers op de taart is een viertal olifanten, waaronder een baby, die heel dicht bij de auto blijven eten. We kunnen ze nog net niet aanraken, maar wat is dit mooi. Een flinke flashback naar Zuid-Afrika krijg ik bij het zien van een olifantenpiemel. In 2010 was het Laura die hier zwaar van onder de indruk was, nu zijn het mijn moeder en Stan. Vooral Stan vindt het reuze interessant en hij verbaast zich erover dat de piemel ingeschoven wordt. Je moet het een keer zien, ik zal de foto’s achterwege laten... Hierna rijden we het park weer uit, we hebben onze 4 uur makkelijk vol gemaakt. De autostoelen achterop een terreinwagen zitten niet lekker meer, maar we hebben allemaal een mooie ochtend gehad. 

Bij het hotel krijgen we nu een ontbijt, wat ook meteen onze lunch is. Dit smaakt erg lekker, er zijn pannenkoekjes, roti, vers fruit en gebakken eieren. Helaas blijkt het stroom niet te werken, er wordt ergens een transformator vervangen. Hierdoor werkt natuurlijk ook de airco niet. In het park was het nog bewolkt en koel, maar na het ontbijt gaat de zon schijnen en wordt het weer bloedheet. M’n moeder gaat nog even op bed liggen en ik probeer Mats ook zover te krijgen dat we even gaan slapen. Maar helaas, hier heeft hij geen zin in. Als het echt te warm wordt, brengt Max ons naar een hotel in de buurt waar we kunnen zwemmen. Het eerste hotel van Udawalawe, 25 jaar geleden geopend en een schoolvoorbeeld van vergane glorie. Er lopen nog tuinmannen rond, maar er moet nodig groot onderhoud plaatsvinden. Het zwembad kan nog net en is lekker verkoelend. Vooral Mats houdt het heel lang vol in het water, er is een pierebadje waar hij lekker in kan springen. Na een paar uur horen we de onweersklappen en lijkt de regen dichterbij te komen. We drogen ons af en kleden ons aan, om daarna met een paar tuktuks weer naar het hotel te gaan. 

De regen zet niet door en het is nog steeds bloedheet, we hebben ook nog geen stroom. We krijgen wel weer wat trek en daarom neem ik Stan mee naar een winkeltje verderop. Mats is erg boos dat hij niet mee mag, maar ik verwacht een stukje te moeten lopen. Dan blijkt er aan het eind van het straatje al een winkeltje te zitten, waar Stan mag uitkiezen wat we meenemen. Het vrouwtje in het mini-winkeltje vindt Stan duidelijk erg leuk, ze roept zelfs haar kinderen erbij en knijpt hem in zijn wang waar hij lekker verlegen van wordt. Hij kiest wat chips en nootjes voor papa en een cake met roze bovenkant voor zichzelf. Als we terugkomen heeft Max net een drankje en koekjes op tafel gezet, maar Mats wil ook liever zo’n roze cake. Dus daar ga ik opnieuw met een kind naar het winkeltje. Met nog een zak chips en een cakeje gaan we weer terug naar het hotel. 

Als eindelijk de airco weer werkt, neemt m’n moeder Mats mee naar haar kamer voor een tukkie, wat gelukkig wel werkt. Ik kan rustig even douchen terwijl Stan een filmpje kijkt. Om half 8 is het diner klaar en dan wil Mats eigenlijk niet meer wakker worden. Het eten is vergelijkbaar met gisteravond en het smaakt mij eigenlijk niet zo goed meer. Ondanks alle kruiden lijkt alles op elkaar en de kip vol met botten en de aubergine gaan er vandaag echt niet in. De kinderen en m’n moeder eten ook bijna niets, waardoor meer dan de helft van het eten terug naar de keuken gaat. Sorry... Na het eten mogen de jongens nog heel even een filmpje kijken en dan is het bedtijd. Ook voor ons eigenlijk, we zijn best moe. Ik type nog even een verslagje en we drinken nog wat, voordat de zaterdag hier weer voorbij is. 


Morgen gaan we verder naar Ella, dit ligt hoger in de bergen en daar is het koeler. Hopelijk dat mijn moeder hierdoor snel weer wat meer energie heeft. En dat het droog blijft, want dan kunnen we genieten van een ander mooi uitzicht! 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten