Vanmorgen begon Stan al om kwart over zeven met zijn 'uit de tent' ritueel. Hij slaapt heerlijk op een luchtbedje in zijn afgesloten Deryan tentje, waar hij zelf niet uit kan. Gelukkig begint hij iedere dag vrolijk, dus kunnen wij rustig wakker worden met zijn geklets. Maar vandaag dus wel erg vroeg. Al voor acht uur waren de koffers ingepakt en hoefden we alleen nog maar onze gewassen kleren in ontvangst te nemen en te ontbijten. Hiervoor moest het personeel van het resort wel even worden aangespoord, wat een luie figuren.
Even na negen uur gingen we op pad, richting Nationaal Park Kaeng Krachan. We wilden eerst de waterval Pa-la-U bezoeken en daarna doorrijden naar het dorpje Kaeng Krachan. Op de kaart leek de route een uurtje rijden, maar toen we na een uurtje niet zeker waren over de weg en de gps aanzetten, was het nog 32 kilometer. En daar zouden we volgens het systeem nog anderhalf uur over doen... wat stond ons te wachten? De weg was prima, we konden makkelijk 80 rijden en werden dan nog regelmatig ingehaald. De weg werd wel steeds mooier, de bebouwing en ananas- en rijstplantages maakten steeds meer plaats voor bos. Toen we de bergen inreden, werd dit een woud vol gigantische bamboe en andere tropische bomen. Met zoveel bamboe verwacht je toch stiekem een pandabeer tegen te komen.
Toen we dichter bij het park kwamen, lag er een flinke drol op de weg. We zeiden tegelijkertijd 'zouden hier olifanten leven?' en nog geen 100 meter verder stonden de borden 'be aware of the wild elephants' en 'don't feed the elephants'. Het is alweer drie jaar geleden dat we door NP Hluhluwe in Zuid-Afrika reden, lachend om de borden over de olifanten, maar met geknepen billen toen er een flink exemplaar voor onze auto op de weg verscheen. Het zou toch niet? Tekenen van hun aanwezigheid waren er wel, de hopen olifantenpoep op de weg en het struikgewas dat ze in hun wandeling mee de weg op hebben getrokken. Maar helaas, de olifanten zelf hebben we niet gezien. Ondertussen was de reistijd flink afgenomen, maar het was toch al 11 uur. Een paar kilometer verder moesten we weer toegangskaartjes kopen voor het Nationale Park, zoals bij ieder park 5€ per persoon en 0,75€ voor de auto. Die kaartjes moesten we bij de waterval laten zien.
Met Stan in de wandelwagen en de draagzak leeg op Christiaans rug, begonnen we aan de wandeling. Deze waterval bestaat uit 16 niveaus, waarvan alleen de eerste paar niveaus voor ongerainde klimmers bereikbaar zijn. Omdat het weekend is, waren er heel wat Thai aanwezig. Niet om zoals wij te wandelen en van de natuur te genieten, maar om een beetje te zwemmen en vooral veel te picknicken. Wel een leuk gezicht hoor, die kleden vol met schaaltjes en bakjes, denk aan een Oosterse rijsttafel maar dan in gezellig servies in plaats van bakjes van de afhaalchinees. Al heel snel mocht Stan van de wandelwagen overstappen in de draagzak en hebben we de wagen achter een boomwortel geparkeerd. De boomwortels zijn daar gigantisch, dus de wagen was uit het zicht verdwenen. Na een bruggetje van flinke bamboestammen, begon de wandelroute langs de rivier. De eerste drie niveaus waren goed tot redelijk te doen, daarna ging het pad af en toe door het water. De watervallen waren al heel mooi en de begroeiing eromheen nog mooier. Gigantische lianen, veel bamboe en andere bijzondere bomen, duidelijk een regenwoud.
Bij de derde waterval was een mooi ondiep stukje water, waar Stan lekker kon spelen. Wij keken onze ogen uit, naar de begroeiing, de vele vlinders en toch ook de bijzondere Thai die zich op allerlei manieren lieten fotograferen. De vlinders leken wel tam, zo heeft er een prachtige oranje vlinder op Chris zijn bril gezeten en bleef een klein roze vlindertje bij Stan en mij rondfladderen. Stan vond de vlinders wel mooi, maar het gooien met stenen veel leuker. 'Eén twee drie plons' en daar ging weer een handvol steentjes het water in. We hopen maar dat hij geen vissen heeft geraakt, wat bijna onmogelijk lijkt met de hoeveelheid vis dat daar zwom. Na een half uurtje spelen en genieten van de natuur, besloten we weer terug te lopen. Net iets te laat, want 5 minuten voor we bij de auto kwamen, begon het keihard te regenen. En dan spoelt het ook echt, gelukkig hadden we nog wat beschutting van de bomen, maar er kwam een flinke bui over ons heen.
We reden weer terug naar de parkingang, op zoek naar een restaurant en naar olifanten. Net voordat we een restaurant vonden, vielen Stan zijn ogen dicht. Het was opeens wel heel stil op de achterbank. Ik heb hem direct gewekt en wakker gehouden tot we stopten bij een leuk restaurant. Hier waren we de enige gasten en de eigenaresse was duidelijk blij met haar klanten. Stan kreeg een schaaltje zoutjes en een bakje ijsklonten, dat vindt hij prachtig, en wij een bakje nootjes terwijl we de menukaart doornamen. Stan heeft zijn zoutjes allemaal opgegeten, zijn ijsklonten met refill opgegeten en gedronken maar zijn rijst met kip laten staan. Onze Pad thai en Kip met cashewnoten smaakten heerlijk! Ondertussen hadden we ook drie fotoboekjes gekregen met foto's van apen, olifanten en vogels. De eigenaresse vertelde dat de olifanten bijna dagelijks over de weg lopen bij de waarschuwingsborden die we hadden gezien, helaas ook bijna altijd rond 5 uur, daar konden wij niet op wachten. Bij het restaurant lag ook een flinke tuin, waar we na het eten even hebben rondgewandeld. Gelukkig was de bui verdwenen. Ook kregen we nog een bord met vers fruit, waaronder voor ons onbekende, maar erg lekkere fruitsoorten. Met onze buik meer dan vol gingen we weer op pad.
De verwachting dat Stan wel in slaap zou vallen, kwam weer niet uit. Blijkbaar vond hij die minuut met zijn ogen dicht wel genoeg als middagslaapje. Ook in deze afstand had ik mij flink vergist, het was nog bijna twee uur rijden naar de resorts. Nou heben we ook een stukje omgereden, omdat de weg nauwelijks staat aangegeven en we nog geen detailkaart hebben van dit gebied. Op zich was de route wel heel mooi, maar na een uurtje begon het weer keihard te regenen. Geen mooie uitzichten dus. Met behulp van het gps-systeem vonden we uiteindelijk een lodge die ik op het internet had uitgekozen. Hier was echter net een bus Thai uitgelaten, het leek wel een kippenhok. Ook stond alles alleen in het Thais aangegeven en daar snappen we echt nog niets van.
We zijn nog naar twee resorts gereden, waarvan de eerste echt niets was en de tweede vol zat. De eigenaar van deze lodge gaf aan dat een van zijn medewerkers ons naar een andere geschikte lodge zou brengen, deze was vroeger van hem geweest. Wat jammer dat de lodge vol zat, de man sprak goed Engels en de voorbereidingen voor het eten zagen er goed uit, net zoals de huisjes. We reden achter een jongeman op een brommertje aan, het zou drie kilometer rijden zijn. Dit werden er natuurlijk veel meer, maar na 10 minuten zonder helm door de regen te hebben gestuurd, stopte de brommer bij een resort. De eigenaresse kwam wel direct naar mij toe, maar sprak werkelijk geen woord Engels en ze bleef maar in het Thais kakelen. Met veel moeite kon ik haar duidelijk maken dat ik de villa, die ze me voor €20 aanbood, eerst wilde zien. Het huisje is niet groot maar heeft een airco en warme douche. Wij hadden geen zin meer om verder te zoeken, dus we slapen hier een nachtje. Mer de sleutels, die hier op alle kastjes en laadjes zitten, vermaakt Stan zich ook prima. Buiten spelen behoorde niet tot de mogelijkheden, het bleef regenen.
Op het bord bij de ingang staat resort and restaurant, alleen dat laatste is vandaag gesloten of bestaat niet meer, de dame kon me in ieder geval duidelijk maken dat we hier niet konden eten. Dit viel even tegen, nu moesten we weer met de auto op pad. Gps weer aan, dichtstbijzijnde restaurant aangetikt en gaan... hier was alles donker. En bij de volgende twee restaurants ook. Toen we via een prutweg verder reden, stond er iemand met een zaklamp naar ons te seinen. Hij wilde ons voor €50 een vreselijke kamer verhuren, maar uiteindelijk lukte het om duidelijk te maken dat we alleen wilden eten. Toen nam hij ons mee naar achter, waar een restaurantje op de oever van een flink stromende rivier is gebouwd. Echt op zijn Thais, alle gebouwtjes zijn aan mekaar geknoopt en vanaf de weg hadden we dit onmogelijk kunnen vinden. Als het niet zo zou regenen en nog licht zou zijn, zag het er ongetwijfeld prachtig uit. Overigens was er geen menukaart en bestelden we Pad Thai, noodles, voor Chris en rijst met kip voor Stan en mij. Dit was goed te eten, alhoewel de nasi wel een satesausje had kunnen gebruiken. Stan at zowaar flink mee van mijn rijst en ook de Pad Thai van Chris at hij zonder protesteren op. Daarna ging zijn kaarsje wel uit, hij was bekaf. We hebben snel het belachelijk lage bedrag afgerekend en zijn naar ons huisje gereden. Daar hebben we snel nog een toetje gedeeld voor wat extra vitamientjes. Toen Chris Stan in zijn bed legde, sliep hij direct. Wij zitten nu voor het huisje onder een afdak. Het regent niet meer, alle muggen zijn tevoorschijn gekomen dus lange broek en lange mouwen aan. Op de achtergrond de valse klanken van een Thaise karaoke avond, het lijkt wel vakantie! Morgen gaan we verder het park ontdekken en op zoek naar een leuke lodge voor de laatste 2 nachten voordat we naar Bangkok gaan. Wifi hebben we hier niet, dus er zit weer wat vertraging in het blogje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten